Het driecirkelmodel van familiebedrijven

In een familiebedrijf kunnen belanghebbenden meerdere rollen hebben. Maar hoe hou je in deze complexe situatie, waarin familierelaties, eigendom en werknemerschap door elkaar lopen, toch het overzicht? En hoe voorkom je dat er onnodige irritaties ontstaan omdat de rollen niet duidelijk zijn?



Een familiebedrijf is een bedrijf waarvan het eigendom wordt gecontroleerd door een enkele familie en waar twee of meer familieleden hebben een aanzienlijke invloed op de richting en het beleid van het bedrijf, via hun managementposities, eigendomsrechten of familierollen. 


Uit deze definitie blijkt al dat een familiebedrijf een potentieel complexe dynamiek kent, waarin rollen door elkaar lopen. In deze blog wordt uitgelegd hoe in deze complexe situatie toch goed overzicht is te krijgen, en hoe deze definitie relatief eenvoudig is af te leiden uit en weer te geven door het driecirkelmodel van Tagiuri en Davis.


Het driecirkelmodel van het familiebedrijfssysteem is ontwikkeld in 1978 in 1978 aan de Harvard Business School (HBS) door Renato Tagiuri en John Davis, en is tot op de dag van vandaag het fundamentele raamwerk op het gebied van familiebedrijven.



Eerst waren er twee cirkels

Lange tijd was een raamwerk met twee cirkels, dat het gezin en het bedrijf liet zien als twee overlappende systemen of cirkels het enige conceptuele model van een familiebedrijven.


Dit tweecirkelmodel gaf goed de invloed van familie en bedrijf op elkaar weer, en de noodzaak om de doelen en belangen van familie en bedrijf op elkaar af te stemmen. Dit model maakte het ook duidelijk dat er overlappende, maar ook niet-overlappende, en wellicht zelfs tegengestelde, belangen zijn tussen het bedrijf en de familie.

Het model brengt echter niet tot uitdrukking welke rol de familieleden in het bedrijf hebben. Sommige familieleden zijn eigenaren en sommige niet; sommigen zijn werknemer (vaak manager), andere zijn dat niet. Het tweecirkelmodel verklaart dit niet.Tagiuri en Davis bedachten dat er een derde cirkel nodig is die de eerste twee cirkels, en het eigendom weergeeft.


Tagiuri en Davis bekeken vanuit het driecirkelmodel een groot aantal familiebedrijven, en stelden vast dat deze allemaal adequaat konden worden beschreven door de drie cirkels. Bovendien konden door het driecirkelmodel de perspectieven, doelen en zorgen van de bedrijven en de ook er beter door begrepen.

Door de toevoeging van de derde eigendom-cirkel kon er meer aandacht worden besteed aan de ander perspectieven die niet expliciet werden weergegeven door de eerste twee cirkels, zoals het verschil tussen eigendom en management, en daarvan afgeleid opvolging. De volledige situatie van een familiebedrijf wordt nu geïntegreerd in een onderling samenhangend geheel weergegeven door de drie subsystemen familie, bedrijf en eigendom.


Kijk goed naar de drie cirkels, en het zal duidelijk zijn dat het model de definitie van een familiebedrijf die in de is genoemd uitstekend weergeeft. Een familiebedrijf is een bedrijf waarvan het eigendom wordt gecontroleerd door een enkele familie en waar twee of meer familieleden hebben een aanzienlijke invloed op de richting en het beleid van het bedrijf, via hun managementposities, eigendomsrechten of familierollen.   



Het driecirkelmodel nader bekeken

Het driecirkelmodel van het familiebedrijfssysteem laat zien dat er drie onderling afhankelijk zijn en overlappende groepen: familie, eigendom en bedrijf.

Door de overlapping van de drie cirkels zijn er zeven sectoren. Elk individu in een familiebedrijf bevindt zich in één van de zeven sectoren. Iemand die alleen eigenaar bevindt zich in de bovenste. Familieleden bevinden zich in de linker cirkel, medewerkers van het familiebedrijf in de rechtercirkel. Iemand met maar één rol zit in slechts één cirkel; iemand met twee rollen hebt zit in een overlappende sector, dus in twee cirkels tegelijk. Een familielid die wel in het bedrijf werkt maar geen eigendomsbelang heeft zit in de sector onderaan in het midden; een familielid die in bedrijf werkt en eigenaar is zit precies in het midden van de drie overlappende cirkels.

Het model laat precies zien waar alle betrokkenen zich in het systeem bevinden, en legt goed uit welke verschillende rollen familieleden hebben: eigenaar of werknemer. De overlappende gebieden in het model geven zowel roloverlappingen als potentiële rolverwarring weer.


De zeven verschillende belanghebbenden van het familiebedrijf die in het model worden weergegeven zijn (in het model met de klok mee vanaf linksonder):

1.       Familieleden die niet bij de onderneming betrokken zijn

2.       Familie-eigenaren die niet in het bedrijf werken

3.       Eigenaren die geen familie zijn en niet in het bedrijf werken

4.       Eigenaren die geen familie zijn en wel in het bedrijf werken

5.       Werknemers die geen familie zijn (en geen eigenaar)

6.       Familieleden die in het bedrijf werken maar geen eigenaar zijn

7.       Familie-eigenaren die in het bedrijf werken


Elk van de zeven door het model geïdentificeerde belangengroepen heeft zijn eigen standpunten, doelen, zorgen en dynamiek. Het model maakt geen onderscheid in elk van deze standpunten en beschouwt ze allemaal als legitiem. Geen enkel standpunt is meer legitiem dan een ander, maar de verschillende standpunten moeten worden geïntegreerd in toekomstbestendig beleid. Het langetermijnsucces van familiebedrijven hangt af van het goed functioneren van het gehele systeem door onderling respect en vertrouwen. 


De kracht van het driecirkelmodel is dat het in de kern heel eenvoudig is, en snel duidelijk maakt wat de positie van alle belanghebbenden binnen een familiebedrijf is.Het model toont drie overlappende cirkels die met elkaar verbonden zijn, wat aangeeft dat wat er in één cirkel gebeurt invloed heeft op de andere cirkels en het geheel. Als er in één van de cirkels, bijvoorbeeld de familie, een conflict is, heeft dit invloed op de andere cirkels en kan dit de prestaties van de andere cirkels naar beneden halen en de ontwikkeling van het hele familiebedrijfssysteem beïnvloeden. Aan de andere kant een goed presterend bedrijf de en eenheid, trots en onderlinge samenhang binnen een familie vergroten.

Het driecirkelmodel helpt niet alleen om te bepalen waar eventuele problemen zich in het familiebedrijf zich voordoen, maar helpen ook bij het vaststellen van de oorzaak van die problemen, of laten zien de problemen of zich van de ene cirkel naar de andere hebben verspreid. Waarom staan twee eigenaren zo tegenover elkaar? In hoeverre is hun vervreemding voortgekomen uit familieproblemen of zijn het juist de verschillen in hun zakelijke relatie die de oorzaak zijn? 


De kracht van het model is dat het kan helpen om spanningen in het systeem van een familiebedrijf te verminderen door de diverse rollen helder weer te geven, in plaats van aan te nemen dat verschillen worden veroorzaakt door persoonlijkheidsverschillen. Het model maakt een systeemgerichte aanpak mogelijk, en kan voorkomen dat (onterechte) onderlinge persoonlijke verwijten spanning veroorzaken en de sfeer negatief beïnvloeden.


Het model leert ons ook dat de behoeften van de drie cirkels en van elke belangengroep evolueren en veranderen. De drie cirkels zijn altijd in beweging.Families hebben niet alleen te maken met de uitdagingen van vandaag, maar moeten zich ook voorbereiden op toekomst situaties en uitdagingen waaronder bijvoorbeeld opvolgingsvraagstukken. Gelukkig is de ontwikkeling van elke cirkel van generatie op generatie redelijk voorspelbaar.  



De houdbaarheid van het model

Inmiddels is het driecirkelmodel meer dan 40 jaar oud. Inmiddels is er veel veranderd op het gebied van technologie, economie, politiek en internationale verhoudingen. In familiebedrijven hebben nieuwe generaties de vorige opgevolgd. Bedrijven zijn verdwenen, nieuwe zijn ontstaan, gegroeid en veranderd. Hoe kan het driecirkelmodel ons ondanks al deze veranderingen nog helpen problemen in de huidige familiebedrijven te begrijpen en op te lossen?


Eén van de reden waarom het model de tand des tijds heeft doorstaan en nog steeds actueel is, is dat het model, in zijn ongewijzigde vorm, aanpasbaar is. Het past binnen het model dat de definitie van “familie” in de samenleving is veranderd. Echtscheiding, samengestelde gezinnen, adoptie, ongehuwd samenwonen, al deze ontwikkelingen passen prima in het model.

Evenzo kan de eigendomscirkel veel mogelijke scenario’s bevatten. Als een gezin bedrijf naar de beurs gaat of een private equity-partner uitnodigt, past deze verandering van ook prima in het model. Als het bedrijf verschillende soorten aandelen uitgeeft (bijvoorbeeld wel en geen-stemrecht), voorziet het model daar in.

Er zijn veel verschillende manieren waarmee ook familiebedrijven kapitaal kunnen aantrekken, en ook daar biedt het model daar ruimte voor. Zo zijn er vele mogelijke veranderingen denkbaar in eigendom, familieverhoudingen en andere bedrijfsomstandigheden, maar deze zijn (vrijwel) allemaal op de één of andere manier in het model in te passen, waarmee het ook voor huidige en toekomstige situaties een zeer goed bruikbaar model is.



Werkt een vierde cirkel nog beter?

Als een derde cirkel al zo veel verbetering aan het model geeft, en zoveel inzicht geeft, wat zou een vierde cirkel dan nog voor extra kunnen opleveren?In de loop der jaren hebben meerdere mensen die in familiebedrijven werken of deze bestuderen geprobeerd om het driecirkelmode te verbeteren. Ze hebben meer cirkels toegevoegd en opnieuw getekend als overlappende ovalen. Maar soms is de conclusie dat een klassiek ontwerp simpelweg niet kan worden verbeterd. Een vierde cirkel kan zeker meer perspectief en daarmee inzicht toevoegen, maar de constatering is dat modellen met meer dan drie cirkels al snel de neiging te ingewikkeld te worden, en daarmee niet zo efficiënt als het driecirkelmodel.Davis zelf heeft zelf onderzocht of een vierde cirkel die ‘rijkdom’ weergaf toe te voegen., omdat familieleden met vermogen zich vaak anders gedragen dan familieleden zonder vermogen. Maar het bleek dat de poging om met een vierde cirkel vermogensbezitters en eigenaren afzonderlijk weer te geven, maar dat bleek niet te werken.Het lijkt er op dat het driecirkelmodel de beste vorm is om familiebedrijven te begrijpen, wat onderschreven wordt doordat het nog steeds een veelgebruikt model is.


Met het driecirkelmodel is iedereen in staat om de dynamiek van familiebedrijven te begrijpen en eventuele problemen aan te pakken. Door de eenvoud is het model zeer effectief.Maar ook het driecirkelmodel heeft zijn beperkingen. Gezamenlijke familiebezittingen, zoals een familievakantiehuis, een filantropische familiestichting of collectief beheerde investeringen vallen buiten het model, maar zijn wel van invloed op de onderlinge verhoudingen en geldstromen. Ondanks dit is het driecirkelmodel een zeer handig hulpmiddel om snel inzicht te krijgen in de werking van een familiebedrijf, en ik verwacht dat we dat ook de komende decennia nog volop zullen blijven gebruiken.